hier komen promoties & acties

Olympe de Gouges

auteur die politieke en feministische statements maakt tijdens de Franse Revolutie

De bourgeoise Olympe de Gouges (1748-1793) ontpopt zich tijdens de Franse  Revolutie (1789-1799) tot een felle activiste met een vurige eis voor onder meer de afschaffing van de slavernij, de bouw van kraamklinieken, het stemrecht voor vrouwen en respect voor de rechten van alleenstaande moeders. Het zal uiteindelijk niet goed met haar aflopen.

Vaderschap nooit officieel vastgesteld

Jean-Jacques Le Franc, toekomstige markies van Pompignan, is nog heel jong wanneer hij verliefd wordt op zijn petekind Anne-Olympe Mouisset, dochter van een welvarende familie in Montauban. De ouders van Le Franc sturen hem naar Parijs om Mouisset te vergeten. Wanneer hij na jaren terugkomt is Anne-Olympe Mouisset getrouwd met Pierre Gouze, met wie ze kinderen heeft. Jean-Jacques Le Franc installeert zich vervolgens in Montauban in 1747 en wordt voorzitter van het Assisenhof. 

Anne-Olympe Mouisset bevalt op 7 mei 1748 van een dochter, Marie Gouze. Het vaderschap van Jean-Jacques Le Franc is nooit officieel vastgesteld, maar algemeen werd aangenomen dat hij de vader van Marie is. Wanneer Pierre Gouze sterft op 29 augustus 1750 probeert Jean-Jacques Le Franc de voogdij over Marie te bekomen, maar haar moeder weigert en hertrouwt in 1753 met Dominique-Raymond Cassaigneau. Ontgoocheld trekt Le Franc zich terug op zijn domein in Pompignan. Hij verbreekt alle contact met Anne-Olympe Mouisset en dochter Marie.

Het huwelijk als het graf van de liefde en het vertrouwen

De opleiding van Marie Gouze is oppervlakkig, maar ze leert wel de grondbeginselen van het schrijven op een ogenblik dat in haar parochie 13 op 20 meisjes ongeletterd is. Gouze's eerste taal is Occitaans. Frans is maar de tweede die ze onderwezen krijgt. Het Occitaans is een mondelinge cultuur, terwijl het Frans de taal van de geschreven teksten is. Dit zal haar later parten spelen wanneer ze zich in Parijs wil doen erkennen als letterkundige. Een groot deel van haar werk zal ze daarom niet persoonlijk neerpennen maar dicteren.

Wanneer ze zestien jaar is, wordt ze uitgehuwelijkt aan Louis-Yves Aubry, traiteur van de intendant Alexis Gourgues. Aubry en Gouze's zoon, Pierre, wordt geboren op 29 augustus 1766. In november van datzelfde jaar overstroomt een deel van Montauban door de Tarn. Haar man verdwijnt uit haar leven. Men weet niet of hij verdrinkt in de overstroming of sterft als slachtoffer van de epidemieën die na de ramp uitbreken. Als weduwe vindt Gouze al snel troost, maar ze wil nooit meer trouwen. Voor haar is het huwelijk het graf van de liefde en het vertrouwen. Ze verandert hierop resoluut haar naam en wordt Olympe de Gouges: Olympe naar haar moeder. 'de Gouges' is waarschijnlijk afgeleid van haar eigen familienaam die ook als Gousse, Gouge of Gouges geschreven wordt. Ze vertrekt met haar minnaar, Jacques Biétrix de Rosières, een rijke handelaar uit Toulouse, naar Parijs, vergezeld van haar zoon Pierre.

De vele bewonderaars van Olympe de Gouges

Veel geld heeft ze niet geërfd van haar man, maar dit verhindert Olympe de Gouges niet rijkelijk te leven in Parijs en haar zoon een verzorgde opvoeding te geven. Om in haar behoeften te voorzien zal ze zelfs proberen geld te krijgen van haar 'halfbroer', de zoon van Jean-Jacques Le Franc, maar zonder resultaat.

Olympe de Gouges heeft veel bewonderaars maar het is vooral Jacques Biétrix die helpt haar schulden te betalen. Vanaf 1774 krijgt ze zelfs een lijfrente van hem en in 1788 kan men beschouwen dat ze deel uitmaakt van de rijke bourgeoisie. Tegenstanders van Olympe de Gouges, zoals Restif de la Bretonne, beweren dat ze een prostituee was voor ze zich ging interesseren voor de literatuur, maar courtisane is waarschijnlijk dichter bij de waarheid. Olympe de Gouges schijnt zelfs omgang te hebben met de neef van koning Lodewijk XVI, hertog Philippe van Orléans, de latere Philippe-Egalité.

Strijd om haar eerste toneelstuk gespeeld te krijgen

Op dertigjarige leeftijd besluit Olympe de Gouges de liefdesavonturen vaarwel te zeggen. Ze verhuist naar de andere kant van Parijs en omringt zich met intellectuelen: journalisten, schrijvers en filosofen. Haar grote vriend is de schrijver Louis-Sébastien Mercier.

Wanneer de Gouges in 1784 "Les Mémoires de Valmont" afwerkt, heeft ze ongeveer 30 theaterstukken geschreven. Haar eerste toneelstuk "Zamore et Mirza, ou l'Heureux Naufrage", handelt over de slavernij. Na heel veel moeite wordt het aanvaard door de acteurs van het Théâtre-Français. De acteurs hebben zelf het recht om te beslissen over de stukken die gespeeld zullen worden. Het stuk wordt echter op een wachtlijst gezet. Olympe de Gouges wordt ongeduldig en ze probeert de zaak te forceren door tussenkomst van invloedrijke personen uit haar kennissenkring. 

Natuurlijk heeft de Gouges niet alleen maar bewonderaars. Op een bepaald ogenblik komt het zelfs zo ver dat een bevel tot opsluiting in de Bastille tegen haar wordt uitgevaardigd. Gelukkig kunnen belangrijke medestanders verhinderen dat het uitgevoerd wordt.

Eind december 1789 zal haar stuk "Zamore et Mirza, ou l'Heureux Naufrage" eindelijk opgevoerd worden, maar het wordt uitgefloten door het publiek vanwege het onderwerp. de Gouges brengt enkele veranderingen aan, maar op 2 januari 1790 beslissen de acteurs van het Théâtre-Français dat het stuk definitief van het programma verwijderd wordt. Olympe de Gouges spant een rechtszaak aan, ondersteund door andere schrijvers. Het resultaat is dat de statuten van het Théâtre-Français veranderd worden en dat in de toekomst de schrijvers voorrang krijgen op de spelers.

Politieke pamfletten

Olympe de Gouges die lange tijd overweegt om naar Engeland uit te wijken, op zoek naar meer vrijheid voor het opvoeren van haar stukken, verandert van gedacht. Ze is immers al anderhalf jaar geïnteresseerd in de Franse Revolutie. Ze droomt van gelijkheid voor alle mensen, van een belangrijkere plaats voor de vrouw in de samenleving en van de vrijheid van expressie. Op 6 november 1788 publiceert ze een eerste politieke brochure "La Lettre au Peuple" in het Journal Général de France. de Gouges voorziet een uitgebreid programma van sociale hervormingen, spreekt over sanering en hygiëne en is tegen voorrechten en speculanten, maar verdedigt toch nog het koningschap.

Op 1 mei 1789, wanneer de Staten-Generaal voor het eerst sinds 1614 bijeenkomt, zit ze vooraan als toeschouwer. Aangezien ze niet zelf kan tussenkomen, besluit Olympe de Gouges haar eigen krant uit te geven, "L'Impatient". Ze krijgt er echter geen toestemming voor. Na de inname van de Bastille, en niettegenstaande haar gehechtheid aan het koningschap, schrijft ze "Séance Royale", een pamflet waarin ze de koning aanmaant af te treden ten voordele van een Regent (Philippe d'Orléans). Niet lang daarna wordt de Gouges bang en schrijft een pamflet tegen Philippe d'Orléans. Resultaat: haar zoon Pièrre verliest zijn werk als ingenieur in dienst van diezelfde hertog van Orléans.

Olympe de Gouges schrijft pamfletten over alles wat haar interesseert en onderscheidt zich niet door haar gematigdheid, integendeel. Ze woont nog steeds de debatten bij van de Nationale Vergadering. Ze neemt er ook zelf aan deel, in de tribune van de Jacobijnen. de Gouges is wanhopig omdat haar aandeel in de hervormingen nooit erkend wordt. Mirabeau is onder de indruk van haar dynamisme, maar ze maakt ook veel vijanden. Op 5 oktober 1789 wordt ze in haar huis bedreigd door een groep tegenstanders.

Stemrecht voor iedereen!

Vanaf 1790 komt er een keerpunt voor het moderne feminisme in Europa, met de publicatie van verscheidene feministische werken, waaronder ook Mary Wollstonecraft's The Vindication of the Rights of Woman, vertaald in het Frans in 1792.

de Gouges ondertekent haar eerste feministische tekst La Déclaration des Droits de la Femme et de la Citoyenne op 5 september 1791. Tot aan de val van de Koning is ze voorstander van een constitutionele monarchie en haar opmerkelijke manifest "L'Esprit Français" is opgedragen aan Lodewijk XVI. In deze publicatie eist ze het stemrecht voor iedereen. Het stemrecht zal kort daarna verleend worden, in augustus 1792. Helaas is dit enkel voor mannen.

Na haar deelname aan een vrouwenmanifestatie in Parijs in juli 1792, gaat Olympe de Gouges op reis door Frankrijk om haar toneelstukken te promoten. Tijdens deze reis verneemt ze de val van het koningschap en keert terug naar Parijs waar de Franse Revolutie nu gewelddadiger is geworden met de guillotine als belangrijk 'argument'.

De omwentelingen van de Revolutie

Volgens de afspraak is 21 september 1792 dag 1 van het jaar I van de Revolutie. de Gouges sluit zich aan bij de Girondijnenen en publiceert een pamflet tegen Robespierre en Marat. Wanneer het proces van de Koning begint biedt Olympe de Gouges tevergeefs haar hulp aan bij Malesherbes, de advocaat van de verdediging. Niets kan de Koning nog redden en hij wordt onthoofd op 21 januari 1793. In maart 1793 ontsnapt de Gouges zelf ternauwernood aan een aanval op straat. Bij de val van de Girondijnen op 2 juni 1793 neemt de revolutie weer een andere wending. de Gouges blijft de Girondijnen echter trouw en schrijft haar politiek testament.

de Gouges gaat daarop op zoek naar haar zoon, omdat ze denkt dat hij dood of gekwetst is. Wanneer hij thuiskomt, zet Pièrre zijn moeder buiten, omdat hij zich volledig wil distantiëren van haar in zijn ogen 'gevaarlijke ideeën'. Olympe de Gouges koopt een huis met enkele hectaren grond in Saint-Etienne-de-Chigny in de Loire-streek met het doel zich hier terug te trekken en te leven volgens de principes van Jean-Jacques Rousseau.

Het einde

Olympe de Gouges keert nog één keer terug naar Parijs, waar ondertussen Marat vermoord is en Charlotte Corday terechtgesteld. Op 20 juli 1793 wordt Olympe de Gouges gearresteerd terwijl ze haar manuscript "Les Trois Urnes" wil uithangen, samen met de uitgever en een venter. Na ondervraging worden de twee mannen vrij gelaten. de Gouges wordt na verscheidene ondervragingen en een huiszoeking opgesloten in de Abdij van Saint-Germain-des-Prés. Omdat ze een kniewonde heeft die ontsteekt wegens gebrek aan verzorging, schrijft ze een pamflet over de erbarmelijke toestand in de gevangenis. Dit zal niet gepubliceerd worden. de Gouges wordt overgebracht naar de gevangenis van Petite-Force in het Marais, waar ze hoort dat vrouwen soms een zwangerschap simuleren om te proberen enkele maanden langer in leven te blijven. Ze zal dit ook proberen. Helaas zonder succes.

Na bezoek van haar schoondochter wordt Olympe de Gouges overgebracht naar het 'verzorgingshuis' van Citoyenne Mahaye. Dankzij het betalen van een exorbitante maandelijkse huur kan men zich hier doen 'vergeten' door de rechters. Haar juwelen worden verpand, maar het is duidelijk dat ze niet genoeg geld heeft om lang te overleven. In oktober 1793 is er het proces en de terechtstelling van Koningin Marie-Antoinette. Op 28 oktober 1793 wordt de Gouges overgebracht naar de Conciergerie en op 2 november 1793 verschijnt ze voor haar rechters, beschuldigd van royalistische sympathieën. Ze krijgt geen advocaat omdat men vindt dat ze zichzelf wel kan verdedigen, wat ze doet en met een zeker succes bij het publiek. Zoals voorzien wordt ze ter dood veroordeeld, twee weken na Marie-Antoinette, en onthoofd op 3 november 1793.

Verdiensten

Na haar dood wordt Olympe de Gouges door vrouwenhatende historici beschreven als een hysterica die de deugden van haar sekse vergeten is. Haar grootste 'fout' is dat ze gevochten heeft voor diverse belangrijke aangelegenheden zoals de bevrijding van de slaven, de bouw van kraamklinieken, het stemrecht voor vrouwen, de wettelijke scheiding, de rechten van wezen en alleenstaande moeders, en nog vele andere sociale ongerechtigheden terwijl ze 'maar een vrouw' is. Veel van de 'vernieuwingen' die de Gouges haar hele leven naar voren schuift, zullen maar in de twintigste eeuw verwezenlijkt worden.


Aanraders uit de RoSa-bibliotheek

  • Olympe de Gouges: une grande dame de la liberté / Olivier Blanc - In: LUNES; nr 04 (jul 1998), p. 39-45
  • Nouvelles lumières sur Olympe de Gouges / Michem Lequenne - In: CAHIERS DU FEMINISME; volume 18 nr 70 (aut 1994), p. 46-48
  • Geschiedenis met een verleden: negentiende-eeuwse geschiedschrijvers over vrouwen in de Franse Revolutie / Mieke Taat - In: TIJDSCHRIFT VOOR VROUWENSTUDIES; volume 12 nr 04 (48 1991), p. 483-498
  • Verklaring van de rechten van de vrouw en burgeres (Parijs 1791) / Olympe de Gouges (e.a.), 1989 (heruitgave) - RoSa ex.nr.: FI c/32
  • Olympe de Gouges / Benoîte Groult, 1986 - RoSa ex.nr.: T/160